Je buik verklapt of je zwanger bent van een jongen of een meisje – mythe of niet?

Professor Wilfried: “Deze volkswijsheid is een mythe – het is dus niet waar. Een eerste factor die de vorm van de buik van de zwangere mama bepaalt, is de plaats van de moederkoek. De moederkoek kan zich op verschillende plaatsen in de baarmoeder bevinden. Vaak zien we dat wanneer de placenta eerder aan de rugzijde van de mama ligt, de baby naar voren wordt geduwd. Dan krijgt de mama een buik die vooruitsteekt. Ligt de moederkoek eerder vooraan de buik, dan wordt het kindje meer richting de rug van de mama geduwd. En dan draagt de mama dus eerder breed. Wist je trouwens dat mama’s van wie de placenta vooraan ligt, de bewegingen van hun kindje minder sterk voelen? Omdat de placenta de schokken als een spons absorbeert, zijn (schop)bewegingen minder voelbaar dan voor mama’s wiens kindje vooraan ligt.”

Wat nog meespeelt, is de sterkte van de buikspieren van de mama. En die hangt vaak samen met of het de eerste zwangerschap is of niet. Professor Wilfried: “Mama’s die voor het eerst zwanger zijn, hebben vaak sterkere buikspieren dan mama’s die aan een tweede of derde kindje toe zijn. Die buik werd al een of meerdere keren uitgerekt en daardoor zijn de buikspieren van deze mama’s vaak al wat verzwakt. Sterkere buikspieren beletten de buik om sterk naar voren te groeien, waardoor mama’s eerder breed zullen dragen. Bij zwakkere buikspieren zien we dat de mama gemakkelijker ‘vooraan draagt’. Maar alles hangt natuurlijk nog steeds samen met de positie van de moederkoek.”